Kindcentrum De Boxem

Leescoördinator: Manon Hulleman

Leesonderwijs op de Boxem

Leesvaardigheid begint bij leesplezier! Vandaar dat ook in alle groepen wordt voorgelezen door de leerkracht. De school beschikt over verschillende soorten boeken: toneellees-, informatieve en verhalende boeken, prentenboeken, dichtbundels en strips. Tevens heeft elke groep een eigen biebouder, die de groepen regelmatig voorziet van aantrekkelijke biebboeken.

Bij de kleuters worden prentenboeken interactief voorgelezen, er worden opdrachten aan verbonden zoals het uittekenen van het verhaal, of het oplossen van een probleem. Zo leren kleuters wat boeken zijn, dat er verhalen in staan of informatie. De kinderen maken spelenderwijs kennis met alle letters van het alfabet, lettergrepen, klanken en rijmen.    

Vanaf groep 3 beginnen de kinderen met aanvankelijk technisch lezen, alle letters worden opnieuw aangeboden en de klank- en tekenkoppeling wordt gemaakt. Er wordt ingezet op vloeiend leren lezen en een begin gemaakt met begrijpend lezen. 

Bij begrijpend lezen worden teksten passend bij het thema aangeboden en wordt begrijpend luisteren geoefend door goed op toon te leren lezen, waardoor de tekst beter wordt begrepen. Daarnaast wordt ingezet op leesstrategieën en leeskilometers maken. Deze lijn zet zich door in de bovenbouw.   

Regelmatig wordt de bovenbouw ingezet als leesmaatje voor de onderbouw en de middenbouw leest voor aan kleine groepjes kleuters.   

Omdat alle kinderen zich op hun eigen niveau ontwikkelen is er in elke groep ruimte voor Connect en Ralfi lezen of werken met Leeskrakers. 

Zorg ervoor dat er iedere dag in elke groep voorgelezen wordt.

Boekentip onderbouw

  • De Gruffalo - Julia Donaldson

Boekentips middenbouw

  • De dappere ridster - Janneke Schotveld
  • Het ministerie van oplossingen - Sanne Rooseboom
  • De Gorgels - Jochem Myjer

Boekentip bovenbouw

  • Boy 7 - Mirjam Mous

Meest succesvolle werkvormen leesbevordering

Wanneer je nieuwe boeken onder de aandacht wilt brengen:
Pak de boeken in en schrijf alleen de eerste zin van het boek op het inpakpapier. In een gesprek met de leerlingen wordt bedacht waar het boek over zou kunnen gaan. Vervolgens mag 1 leerling het boek lezen.

Het ministerie van oplossingen:
De leerkracht leest de eerste paar hoofdstukken voor en vraagt vervolgens wie het boek verder wil lezen.